๐‘ซ๐’‚๐’ ๐’ˆ๐’‚ ๐’Š๐’Œ ๐’๐’‘ ๐’•๐’๐’• ๐‘ฎ๐’๐’…๐’” ๐’‚๐’๐’•๐’‚๐’“๐’†๐’

Dan ga ik op tot Gods altaren, Tot God, mijn God, de bron van vreugd; Dan zal ik, juichend, stem en snaren Ten roem van Zijne goedheid paren, Die, na kortstondig ongeneugt’, Mij eindeloos verheugt. Psalm 43:4